Natuurgids (5) stage en adoptiegebied
17 november 2016Roomgat
26 november 2016Vandaag gaat de excursie naar vestingstad Zaltbommel. We bekijken de wallen met zijn 7 bastions, een rondje van een uur, maar Ton van Balken van Natuurwacht Bommelerwaard vertelt zoveel o.a. over de geschiedenis en over de vele verschillende bomen, dat we er wel twee en een half uur over doen. Bomen leren herkennen is het thema; bijvoorbeeld kastanje heeft gebogen takken, Prunus (zoete kers) heeft dwarsstreepjes op de bast, beuk en haagbeuk hebben een gladde stam en het blad van de iep heeft een ongelijke bladvoet.
Een stukje geschiedenis: Zaltbommel kreeg stadsrechten in 1316, graaf van Gelre liet een stadsmuur bouwen. Begin 1500 kwam er een dubbele gracht om de stad met rondelen. Na de Spaanse oorlog raakte de vesting in verval. Hierna werden de courtines en bolwerken beplant met iepen (voor de houtopbrengst). In 1925 werden de bomen gekapt ivm de iepenziekte. De wallen werden toen ingericht volgens de Engelse landschapsstijl met slingerende paden, verrassende waterpartijen, hoogteverschil en veel variatie in het bomenbestand.
Er ontstaat onderweg enige discussie over beuk en haagbeuk. Beuk (Fagus sylvatica) is familie van de napjesdragersfamilie en kan tot 46 meter hoog worden. De stam is glad en grijs en de bast is dun, waardoor de boom bij plotse blootstelling aan zonlicht gevoelig is voor schorsbrand. Het blad is veernervig, licht gegolfd en licht glanzend met een gladde bladrand. Haagbeuk (Carpinus betulus) van de berkenfamilie wordt 15 – 25 m hoog. De kale takken zijn grijsachtig, de bladen staan hieraan verspreid. De elliptische bladeren zijn veernervig en hebben een dubbelgezaagde rand en een hartvormige voet en toegespitste top.
Bijzonder: * Bij een bastion staat in het midden op een eilandje een muziektent eronder is plek voor watervleermuizen en in het water er omheen zitten kamsalamanders. * Diverse verenigingen uit de Bommelerwaard ruimen regelmatig vrijwillig een stukje natuur schoon en krijgen hiervoor een vergoeding. * De krakeend; voorheen had ik nog nooit van deze eend gehoord, nu komen we die bij elke excursie tegen. * Een toren ‘monument’ is momenteel aan het verbramen (door bramen overgroeid).
Tot slot bekijken we de muurplanten op de stadsmuur: groot glaskruid, gele helmbloem, muurleeuwenbek en smeerwortel, de Heemtuin de Mispelhof en de kruidentuin De Kloostertuin. Ik zal hier zeker nog terugkomen (vooral in het voorjaar om de 30 a 40 stinzenplanten te bewonderen) en wellicht meewerken in de heem- en kloostertuin.